Een aantal jaren geleden trad ik op voor een gerenommeerde muziekwinkel, gevestigd in een markant pand in het centrum van Den Haag. Het pand was in 1994 onder architectuur gebouwd en bestond uit een parkeergarage in de kelder, een strip met 8 appartementsrechten met de bestemming bedrijfsruimte op de begane grond en 38 woonappartementen op de verdiepingen 1 tot en met 6. De muziekwinkel hadalle 8 appartementsrechten op de begane grond in eigendom en hier was één grote muziekwinkel van gemaakt met exclusieve en hoogwaardige muziekinstrumenten. Tot het privé-eigendom van de muziekwinkel behoorde ook een zogenaamd arcade op de begane grond. Dit was een ruimte aan de voorzijde van het complex gevormd doordat de gevel van de winkelruimte insprong ten opzichte van de gevel van de bovenliggende verdiepingen. Deze ruimte stond in open verbinding tot de straat en liep in een ronde boog langs de winkelpui. De grens tussen de arcade en de straat bestond uit pijlers die om de +/- 3 meter de bovenbouw ondersteunden. Lees verder
Tag archieven: vastgoed
Een appartement dat je niet zelf bewoont recreatief verhuren aan toeristen. Het moet worden toegegeven, op de goede plekken in Nederland levert dit een flinke som geld op.
In onroerend goed met ‘een lift buiten bedrijf’ wordt iedere gebruiker voor een voldongen feit gesteld. De enige weg naar boven of beneden zal via de trap van het pand moeten plaatsvinden. Veelal is dit nog wel te accepteren en bovendien nog goed voor de lichaamsbeweging, maar wie accepteert de aansprakelijkheid van een probleem aan de lift dat ieder keer terugkeert?
In een recente uitspraak van het Hof Amsterdam is overwogen dat het contractueel vastleggen van een 7:290-bedrijfsruimte-regime geen garantie is dat dit regime ook van toepassing is tussen de verhuurder en huurder. Zoals blijkt uit de jurisprudentie is het contractueel vastleggen van het regime niet doorslaggevend. Ook gebruik van de term ‘winkel’ in de contractuele bestemming geeft niet de doorslag.